Reflecteren voor optimale prestaties in de toekomst

Reflecteren na actie voor optimale prestaties in de toekomst  

Naast dat voorbereiding een factor is voor optimale prestaties, draagt reflecteren na actie daar ook aan bij. Na de actie is er namelijk weer een rol weggelegd voor de coach om met de medewerkers leermomenten te halen uit de opgedane ervaringen. In dit artikel lees je daar meer over. 

Het dagelijks leven biedt de beste cursus. En met het leven is het net als elke andere cursus; we leren alleen wanneer we een leerhouding aannemen. Dit betekent aandacht schenken aan de situatie en daarover reflecteren zonder te oordelen. Zo leer je leidinggeven van je medewerkers, wanneer je hen als leermeesters beschouwt.  

Thomas Watson is vele jaren de hoogste baas van IBM geweest. Over hem zijn vele anekdotes bekend, onder andere de volgende. Een jonge manager had het bedrijf een strop van enkele miljoenen dollars bezorgd. Met lood in zijn schoenen ging deze manager naar Watson om verantwoording af te leggen. Op diens vraag wat hij zou doen als hij in de schoenen van Watson stond, antwoordde de manager dat hij het niet onredelijk zou vinden voor deze miskleun ontslagen te worden. Waarop Watson antwoordde: ‘Ik zou toch wel gek zijn om iemand te ontslaan in wiens opleiding ik net een paar miljoen geïnvesteerd heb.’ 

Wil men effectief iets leren, dan zijn daarvoor vier verschillende kwaliteiten nodig. 

1  Ervaringsgevoeligheid: jezelf volledig open in nieuwe ervaringen begeven. Deze openheid zorgt ervoor dat je zeer bewust kan waarnemen. 

2  Reflectie: in staat zijn om over de opgedane ervaringen na te denken en deze vanuit verschillende invalshoeken te bekijken. 

3 Conceptualiseren: het vermogen om concepten te creëren, die de waarnemingen integreren in logisch consistente theorieën. 

4  Experimenteerzin: nieuwe theorieën proberen om beslissingen te nemen en problemen op te lossen. 

Weinig mensen bezitten deze kwaliteiten in gelijke maten. De een is beter in waarnemen, de ander in het handelen en een derde in het conceptualiseren. Om te leren van je ervaringen is het nodig om alle vier de kwaliteiten te ontwikkelen.  

Leren van een ervaring doen we alleen als we ons na die ervaring bewust een aantal vragen stellen en daar eerlijk op antwoorden. 

 

1. Hebben je acties opgeleverd wat je beoogde? 

Met deze vraag kan je een reflectie beginnen. Afhankelijk van het antwoord kan het gesprek verschillende vervolgen hebben.  

Heb je gedaan wat je je voorgenomen had? Werkte het zoals je verwachtte? Wat ging er anders? Wat heb je anders gedaan dan voorgenomen? Wat was effectief? Wat minder? Waar ben je vastgelopen? Waardoor voelde je je onzeker? Dit zijn allemaal vragen die op waarneming gericht zijn.  

De standaardvraag ‘Hoe ging het?’ dient absoluut vermeden te worden. Wanneer je aan een medewerker die vraag stelt, dan weet je bijna zeker dat je het antwoord ‘goed’ krijgt. Maar ‘goed’ is een oordeel. Zo’n vraag en antwoord leiden niet tot verbetering van de prestatie.  

Een specifiekere vraag is bijvoorbeeld ‘Met welk aspect van de taak had je de meeste moeite?’ of ‘Wat duurde langer dan je gedacht had?’ Er zijn veel mogelijkheden om het gesprek op een reflectieve manier voort te zetten. 

‘Waarom’-vragen dienen ook vermeden te worden. Ze leiden tot analyse en niet tot bewustzijn, maar we stellen ze zo graag. Op een of andere manier zijn we geconditioneerd in het zoeken naar oorzakelijke verbanden. 

De kunst is om heel concreet te blijven. Reflectie begint bij precies en onbevooroordeeld waarnemen. Wat zei je precies? Hoe reageerde de ander daarop? Wat dacht je daarbij? Slechts concrete vragen dragen bij aan de ontwikkeling van bewustzijn. Maar je kunt wel concrete vragen stellen, dan nog hebben mensen de neiging om in abstracties te antwoorden. Doorvragen is hierin belangrijk. Vraag naar voorbeelden, illustraties, concrete gedragingen en tastbare feiten. 

 

2. Waar liep de actie precies stuk, waar liep je zelf vast? 

Uiteindelijk gaat het erom scherp te hebben waar de actie stuk liep. Ligt er (slechts) een gebrek aan vaardigheid aan ten grondslag of moet er dieper gespit worden in de patronen die iemands gedrag bepalen?  

Gaat het erom dezelfde actie in het vervolg beter te doen of zijn fundamenteel andere gedragingen aan de orde? In de laatste situatie is vaak een actieve inbreng van de coach nodig. Want een kenmerk van een patroon is dat het je gevangenhoudt. En dan is het handig als iemand je eens op het andere been zet.  

Patronen zijn hardnekkig. We hebben ze vaak als een soort overlevingsmechanismen gevormd. Ze zijn diep in ons gedrag ingesleten en we doen er moeilijk afstand van. 

 

3. Hoe zou je het in de toekomst willen hebben? 

Hierbij gaat het om het doelbewust wijzigen van het ingesleten patroon met onderliggende opvattingen. Eerst door die onderliggende opvattingen iets te veranderen en vervolgens met nieuw gedrag te experimenteren en te oefenen. (Figuur 1) 

 https://www.coachlink.nl/StippWebDLL/Resources/Handlers/ToonAfbeelding.ashx?id=1000406511

Figuur 1: Opvattingen onder oude en nieuwe patronen 

Waarom wij van ervaringen echter vaak niet leren 

We weten allemaal hoe belangrijk leren van ervaringen is, maar toch verzuimen we het vaak. Het is een van de opgaven voor een coach om de belemmeringen voor leren met de medewerkers weg te werken. Voor zover dat mogelijk is. 

De norm dat je van je ervaringen hoort te leren, ‘een ezel stoot zich geen tweemaal aan dezelfde steen’, zou kunnen verhullen dat er ook dingen fout gaan waar je niets van kunt leren. Bijvoorbeeld bij fouten die optreden door een toevallige samenloop van omstandigheden. Van het toeval kun je niet leren. Je kunt alleen leren van dingen waar patronen in zitten. Maar er zijn een heleboel leerbelemmeringen waar we wel wat aan kunnen doen. 

Deel 1a - Foundation

Het fundament in een 2 daags programma

FOUNDATION COACH

Een meer oriënterende module waarin de basisnoties en competenties van de coach aan de orde komen.
Meer info

Deel 1b - Practitioner

Taakbekwaam coach in een 7 daags programma - Te volgen na deel 1a

PRACTITIONER COACH

Een meer technisch instrumenteel deel met veel aandacht voor de kracht van het vragenstellen, de coachovereenkomst en resultaatgericht coachen.
Meer info

Professional Coach Week

Taakbekwaam Coach in een intensieve week. Deel 1a & Deel 1b in één opleiding.

PROFESSIONAL COACH WEEK

Een solide basis waarin je de vaardigheden voor resultaatgericht coachen onder de knie krijgt.
Meer info

Deel 1 - Practitioner (ACC)

Taakbekwaam Coach in één 9 daags programma. Deel 1a & deel 1b.

PRACTITIONER COACH (ACC)

Solide basis waarin je de vaardigheden voor resultaatgericht coachen onder de knie krijgt.
Meer info

Deel 2 - Senior Practitioner (PCC)

Vakbekwaam Coach in één 10 daags programma. - Te volgen na deel 1

SENIOR PRACTITIONER COACH

In dit deel vindt verdere verdieping plaats. Je leert coachen op effectief gedrag, emoties en het werken met diverse tool.
Meer info

Voorbereiden op een actie voor optimale prestaties

Voorbereiden op een actie voor optimale prestaties 

Voorbereiding is de basis van succes. Ook voor goede spelers. 

Goede muzikanten kunnen een nieuw muziekstuk zo van het papier spelen. Maar toch repeteren de beste muzikanten gewoonlijk het meest. Goede muzikanten zitten dagelijks nog uren diverse muziekpatronen te oefenen. Daarmee vergroten ze hun bagage die ze tijdens het echte improviseren kunnen aanspreken. Voorbereiding is de basis van succes. Ook vanuit de sport weten we dat zowel de fysieke training als de mentale voorbereiding belangrijk zijn. 

In dit artikel gaan we dieper in op een goede mentale voorbereiding op actie, waardoor medewerkers gemakkelijker in een flow komen tijdens werk, wat zal resulteren in optimale prestaties.  

 

1. Interne hiërarchie uitschakelen 

Optimale prestaties worden vaak in de weg gestaan doordat we binnen onszelf een soort hiërarchie hebben gecreëerd. 

We worden niet alleen gek door krampachtig te proberen om aan de verwachtingen van de mensen om ons heen te voldoen, maar ook door de dingen die ons hoofd naar de rest van ons lichaam roept. Onbewust hebben we verwachtingen van anderen tot de onze gemaakt. Is ons zelfbeeld echt een beeld dat we van onszelf gevormd hebben, of is het een beeld dat anderen gevormd hebben en dat wij van ze overgenomen hebben? Ons bewustzijn maakt een mentale constructie van onszelf, maar die het zelf niet is. Vanuit die mentale constructie proberen we onszelf vervolgens te besturen in plaats van ook binnen ons eigen handelen te vertrouwen op de principes van zelfsturing.

 

2. Verminder de afleiding 

Prestaties worden beter naarmate ze je volle aandacht hebben. Onze aandacht wordt snel afgeleid. Niet alleen door telefoontjes, e-mails en mensen die binnenlopen, maar ook door twijfel aan onszelf, een verkeerde aanname, de angst voor fouten.  

Het richten van de aandacht is de basis van superieure prestaties. Aandacht is geen techniek. Het heeft alles te maken met je motieven. Waar je op gericht bent, dat heeft je aandacht. Als we iets graag willen, dan kunnen we ons daar gemakkelijk op concentreren. Als we iets doen dat we ervaren als ‘moeten’, dan zijn we eerder afgeleid. Verlangen richt de aandacht. 

Verlangen is een gevoel, dat een beeld produceert van wat we willen. Een verlangen kan lijken op wat iemand anders wil, maar het is altijd ons eigen verlangen. We kunnen het niet van een ander lenen. Maar als een verlangen in ons opkomt, dan is het belangrijk dat we ons bewustzijn niet toestaan om te zeggen dat het niet kan. Is het een realistisch verlangen om producten te willen maken zonder fouten? Ja. Het is waarschijnlijk geen realistische verwachting, maar wel een realistisch verlangen. Je wilt toch geen product maken met een paar gebreken eraan, of wel soms? 

Aandacht kun je niet forceren. Je best doen om je te concentreren werkt niet. Het levert alleen maar frustratie, vermoeidheid en blikvernauwing op. Concentratie volgt belangstelling en belangstelling hoef je niet te forceren. 

Niet over jezelf oordelen is het tweede belangrijke aspect voor concentratie van aandacht. Als je op jezelf boos wordt omdat je je aandacht verliest, gaat een deel van je aandacht naar die boosheid en is er nog minder aandacht voor de taak die je aan het doen bent. Hier past de houding van de leerling. Word je bewust van wat je afleidt. Dat is vaak al genoeg om de afleiding te verminderen. 

 

3. Leer mensen improviseren 

Ons handelen gaat het meest effectief wanneer het vanzelf gaat. Dan zetten we zonder veel na te denken al onze kennis en ervaring optimaal in. We zijn op ons best wanneer we improviseren, maar wel in de werkelijke betekenis van het woord. Hiermee bedoelen we niet het amateuristisch handelen zonder voorbereiding, maar dat je helemaal opgaat in je werk en je vertrouwt op de kennis en vaardigheden die je hebt om dat werk tot een goed einde te brengen. Dat is de ware improvisatie.

 

4. Mentale voorbereiding 

Je kan je op verschillende manieren mentaal voorbereiden: 

Je kunt medewerkers leren affirmaties te hanteren. Een affirmatie is een vorm van innerlijke dialoog. In een affirmatie stel je dat je gelooft dat je talenten, je gezondheid, je geldstroom, de hulp van anderen en alle andere hulpmiddelen toereikend zullen zijn om je droom te verwezenlijken. Hersenonderzoek van Damasio heeft aangetoond dat daardoor bepaalde patronen in je hersenen ontstaan die de kans op succes vergroten.  

Affirmaties zijn zinvol vooraf aan het handelen. Tijdens het handelen werken ze niet meer. 

Een andere techniek is je een voorstelling te maken van de actie. Bedenk van tevoren hoe je iets gaat aanpakken, zodat wanneer je aan de slag gaat je weet wat je moet doen.

 

5. Acties doorspreken 

Voorgenomen acties doorspreken met een medewerker is een belangrijk onderdeel van mentale voorbereiding. Zeker wanneer het gaat om activiteiten die relatief nieuw zijn voor de medewerker. De coach hanteert ook hier weer de techniek van het vragen stellen. 

Zo kan de coach stapsgewijs de gehele activiteit met de medewerker doorlopen, verschillende handelwijzen onderzoeken en de medewerker een weg helpen vinden die vrijwel zeker succesvol is. 

Het doorspreken van de consequenties van een voorgenomen actie is een goede tactiek, wanneer medewerkers kiezen voor een actie waarvan je als coach bijna zeker weet dat die tot niets leidt. Door over de consequenties in gesprek te gaan, kan het bewustzijn ontstaan dat beter een andere actie gekozen kan worden.  

6. Concrete afspraken maken 

De hele voorbereiding is erop gericht dat een medewerker een concrete voorstelling heeft van wat hij gaat doen. 

De coach helpt daarbij door zijn manier van vragen stellen. Niet ‘Wat zou je kunnen gaan doen?’ of ‘Wat denk je te gaan doen?’ of ‘Wat zou je het liefste doen?’, maar ‘Wat ga je doen?’. Dat is een vraagstelling die tot een echt besluit leidt. 

Andere concrete vragen zijn: 

  • Wat ga je eerst doen, wat later? 
  • Wanneer ga je een en ander doen? 
  • Leiden die acties tot het gewenste resultaat? 
  • Welke hulpmiddelen heb je nodig? 
  • Hoe zorg je ervoor dat je die inderdaad ter beschikking hebt? 
  • Welke obstakels moet je omzeilen? 
  • Welke ondersteuning heb je nodig? 
  • Hoe en wanneer ga je die mobiliseren? 
  • wat zijn mogelijke tegenvallers; hoe voorkom je die of hoe vang je die op? 
  • Wie moet er van je activiteiten weten; hoe ga je die informeren? 

De antwoorden op deze vragen zijn over het algemeen kort, helder en eenduidig. Op het moment dat de medewerker veel woorden nodig heeft, weet hij waarschijnlijk nog niet zo goed hoe hij het aan moet pakken of hij weet het wel, maar ziet ertegenop of hij heeft er geen zin in. Met de vragen ‘Wat ga je nu precies doen?’ en ‘Wat is het effect daarvan?’ kun je het gesprek steeds terugbrengen tot de kern. 

Elk coachend gesprek wordt afgesloten met de standaardvraag: ‘Kun je op een schaal van 1 tot 10 aangeven hoe groot je de kans acht dat je de afgesproken resultaten met de afgesproken activiteiten ook echt binnen de afgesproken tijd realiseert?’ 

Het antwoord is een graadmeter voor het vertrouwen dat de medewerker in het plan en in zichzelf heeft. Wanneer het punt onder de 8 ligt, is het zaak het actieplan te verbeteren. Dit kan door sommige acties meer in detail te bespreken, een aantal acties toe te voegen of mogelijk ook door bepaalde acties te schrappen zonder het doel uit het oog te verliezen. Een andere mogelijkheid is het aanpassen van de tijdlijn. 

Het vragen naar het punt dat de medewerker zijn actieplan geeft, is een krachtig middel om de medewerker en jezelf te vergewissen van de kwaliteit en betrouwbaarheid van het plan. 

Naast dat een goede voorbereiding van invloed is op optimale prestaties van medewerkers, kan de coach ook ondersteunen bij het reflecteren van een actie wat kan bijdragen om meer in een flow te zitten tijdens het werk. 

 

Deel 1a - Foundation

Het fundament in een 2 daags programma

FOUNDATION COACH

Een meer oriënterende module waarin de basisnoties en competenties van de coach aan de orde komen.
Meer info

Deel 1b - Practitioner

Taakbekwaam coach in een 7 daags programma - Te volgen na deel 1a

PRACTITIONER COACH

Een meer technisch instrumenteel deel met veel aandacht voor de kracht van het vragenstellen, de coachovereenkomst en resultaatgericht coachen.
Meer info

Professional Coach Week

Taakbekwaam Coach in een intensieve week. Deel 1a & Deel 1b in één opleiding.

PROFESSIONAL COACH WEEK

Een solide basis waarin je de vaardigheden voor resultaatgericht coachen onder de knie krijgt.
Meer info

Deel 1 - Practitioner (ACC)

Taakbekwaam Coach in één 9 daags programma. Deel 1a & deel 1b.

PRACTITIONER COACH (ACC)

Solide basis waarin je de vaardigheden voor resultaatgericht coachen onder de knie krijgt.
Meer info

Deel 2 - Senior Practitioner (PCC)

Vakbekwaam Coach in één 10 daags programma. - Te volgen na deel 1

SENIOR PRACTITIONER COACH

In dit deel vindt verdere verdieping plaats. Je leert coachen op effectief gedrag, emoties en het werken met diverse tool.
Meer info

Optimaal presteren met een flow in je werk

Iedereen heeft wel de ervaring dat iets juist niet lukt, wanneer je het per se wilt. Het lukt niet omdat je te goed zijn best doet om het te laten lukken. Op het moment dat je alles vanuit het hoofd probeert te sturen, gaat het fout. Goede prestaties worden met een zeker gemak geleverd. In dit artikel gaan we dieper in op wat flow inhoudt. 

Optimaal presteren door flow 

Flow is de toestand waarin mensen zo betrokken zijn dat ze alles om hen heen vergeten. 

De psycholoog Csikszentmihalyi (1999) heeft het begrip ‘flow’ geïntroduceerd om het complex van omstandigheden te typeren waaronder mensen optimaal presteren. Uit zijn onderzoeken is gebleken dat flow 8 belangrijke aspecten heeft: 

  1. De ervaring doet zich meestal voor wanneer we een taak hebben waarvan we weten dat we die kunnen voltooien. 
  2. We moeten ons kunnen concentreren op onze bezigheid. 
  3. De bezigheid heeft een duidelijk doel. 
  4. De bezigheid verschaft onmiddellijke feedback. 
  5. Je handelt met een intense doch moeiteloze betrokkenheid, waardoor men niet wordt afgeleid door alledaagse zorgen en teleurstellingen. De activiteit lijkt als vanzelf te lopen. Individu en handeling zijn één. Vandaar FLOW. 
  6. Je hebt het gevoel alles onder controle te hebben. 
  7. Je denkt tijdens de bezigheid minder aan jezelf. Het zelfbewustzijn is groter nadat de flow-ervaring voorbij is. 
  8. Je verliest het besef van tijd. 

De combinatie van al deze factoren resulteert in een intens genotgevoel dat zeer de moeite waard is, zozeer zelfs dat men er over het algemeen veel voor over heeft om dat gevoel nog eens te ervaren.  

Flow is de toestand waarin mensen dermate betrokken zijn bij een activiteit dat ze alles om hen heen vergeten. Flow-activiteiten verschaffen een gevoel van ontdekking, je ervaart je eigen ontwikkeling. Er wordt veel van je gevraagd en je wordt gedwongen tot beter presteren, wat leidt tot de ontdekking van onbekende aspecten van jezelf. En juist deze ontwikkeling van het zelf is de essentie van de flow-activiteit. 

De ultieme uitdaging voor een coach is dan ook om met zijn medewerkers voortdurend een dergelijke toestand van flow te bereiken. 

De coach kan een medewerker in vooral ondersteunen vóór een actie en bij het reflecteren ná de actie.

Deel 1a - Foundation

Het fundament in een 2 daags programma

FOUNDATION COACH

Een meer oriënterende module waarin de basisnoties en competenties van de coach aan de orde komen.
Meer info

Deel 1b - Practitioner

Taakbekwaam coach in een 7 daags programma - Te volgen na deel 1a

PRACTITIONER COACH

Een meer technisch instrumenteel deel met veel aandacht voor de kracht van het vragenstellen, de coachovereenkomst en resultaatgericht coachen.
Meer info

Professional Coach Week

Taakbekwaam Coach in een intensieve week. Deel 1a & Deel 1b in één opleiding.

PROFESSIONAL COACH WEEK

Een solide basis waarin je de vaardigheden voor resultaatgericht coachen onder de knie krijgt.
Meer info

Deel 1 - Practitioner (ACC)

Taakbekwaam Coach in één 9 daags programma. Deel 1a & deel 1b.

PRACTITIONER COACH (ACC)

Solide basis waarin je de vaardigheden voor resultaatgericht coachen onder de knie krijgt.
Meer info

Deel 2 - Senior Practitioner (PCC)

Vakbekwaam Coach in één 10 daags programma. - Te volgen na deel 1

SENIOR PRACTITIONER COACH

In dit deel vindt verdere verdieping plaats. Je leert coachen op effectief gedrag, emoties en het werken met diverse tool.
Meer info

Hoe beïnvloeden je emoties het gevoel van druk

Hoe beïnvloeden emoties het gevoel van druk

Bij het thema Druk denken we bijna automatisch aan een volle agenda, veel te doen hebben of denken te hebben. In dit artikel leggen we de associatie met zelf opgelegde druk. Druk die één op één te maken heeft met je emoties en je emotionele bewustzijn. We behandelen in dit artikel een aantal aspecten die van invloed zijn op druk vanuit je emotionele gesteldheid.  Van hieruit kan er dan gekeken worden naar wat er met druk gebeurt als je emoties (beter) kunt managen. 

 

Kennis van de eigen emoties 

Het spreekwoord luidt al eeuwenlang ‘zelfkennis siert de mens’ en millennia geleden stond het ‘ken uzelf’ al gebeiteld boven de ingang van het orakel van Delphi. Emotioneel zelfbewuste mensen hebben voortdurend aandacht voor hun eigen innerlijke toestand. Het is geen aandacht die zich door emoties laat meeslepen, te heftig reageert en uitvergroot wat wordt waargenomen. Het is eerder een neutrale modus die zelfs temidden van turbulente emoties het vermogen tot zelfbeschouwing bewaart.

Het is het verschil tussen bijvoorbeeld laaiend zijn op iemand en zelfs als je razend bent de zelfbeschouwende gedachte hebben: nu voel ik woede. (Dus niet: ‘Ben je boos?’ ‘Nee ik ben helemaal niet boos’). Zelfinzicht betekent bewust zijn van zowel onze stemming als van onze gedachten over die stemming. Zelfinzicht kan een niet oordelende aandacht zijn voor de innerlijke toestand, maar ook een minder neutrale. Karakteristieke gedachten die getuigen van emotioneel zelfinzicht zijn ook ‘ik mag me niet zo voelen’, of ‘ik denk aan leuke dingen om me op te vrolijken’. 

Zelfvertrouwen
Wie emotioneel zelfinzicht ontbeert, is eigenlijk een emotionele analfabeet, die het risico loopt te ontsporen door op hol geslagen emoties. Door emotioneel zelfinzicht zijn wij in staat onze onstuimige emoties te beheersen, ons gedrag aan te passen en op een juiste manier om te gaan met de gevoelens van degenen met wie we samenwerken. Bij zelfkennis hoort ook een accurate zelfbeoordeling. Zelfbeeld en werkelijkheid stemmen dan met elkaar overeen. We hebben een oprecht besef van onze persoonlijke sterke kanten en beperkingen, een helder beeld van wat we aan onszelf zouden moeten verbeteren en het vermogen om te leren van ervaringen. We zijn vatbaar voor oprecht commentaar. Dat tast ons zelfbeeld niet aan. We hebben voldoende zelfvertrouwen om constructief met kritiek om te gaan. We relativeren onszelf voldoende. Als we onszelf al eens te serieus nemen dan brengen we onszelf met humor weer met twee benen op de grond. Zelfvertrouwen geeft de kracht om een moeilijk besluit te nemen of een koers te varen waar men in gelooft, ondanks tegenwerking, of zelfs expliciete afkeuring van degenen die het voor het zeggen hebben. Mensen met zelfvertrouwen zijn besluitvaardig zonder arrogant of defensief te zijn en blijven bij een besluit. 

 

Reguleren van emoties 

Het bedwingen van emoties die ons van slag maken is de sleutel tot emotioneel welzijn. Emoties die te sterk worden of te lang duren, ondermijnen onze stabiliteit. Door de opbouw van onze hersenen hebben we weinig controle over wanneer een emotie ons overspoelt en welke emotie het is, maar we hebben wel iets te zeggen over hoelang een emotie aanhoudt. Als we woedend zijn, dan kunnen we blijven broeden en daarmee de woede aanwakkeren. We kunnen de situatie ook positief reconstrueren, en daardoor onze woede verminderen. Mensen met zelfbeheersing gaan goed om met hun impulsen, zorgen en angsten. Ze blijven kalm, positief en onverstoorbaar, zelfs op heikele momenten. Onder druk bewaren ze hun concentratie en blijven ze helder denken. Mensen met zelfbeheersing hebben vaak een techniek voor stressreductie, die ze in geval van nood toepassen, of het nu een lang bad is, sporten of yoga. Wanneer je zo’n ontspanningsmethode in je repertoire hebt, betekent dat nog niet dat je niet van tijd tot tijd in de war en verontrust bent. Maar de gewoonte om een ontspanningsmethode regelmatig of dagelijks toe te passen, schijnt ervoor te zorgen dat de amygdala niet zo op scherp staat en minder snel in actie komt. Sluimerende gevoelens gewoon tot je bewustzijn toelaten kan ook een regulerende werking hebben. Dat is een belangrijke functie van een dagboek. 

 

Zelfmotivatie  

Het vermogen om jezelf te motiveren is een belangrijke basis voor het leveren van prestaties. Elke aansprekende prestatie begint met het verlangen om een bepaald doel te realiseren. Daar zit dan meteen al de spanning met veel emoties. Emoties leiden tot impulsief gedrag en dat is altijd gericht op de korte termijn. Impulsbeheersing is een belangrijk aspect voor het leveren van prestaties. Een sporter moet op zijn voeding letten en dat betekent de verleiding weerstaan om een lekker frietje te nemen. Je moet gericht zijn op uitgestelde beloning. Je moet je eerst de pleuris trainen en dan ligt er aan het eind misschien die gouden plak te wachten. Mensen buiten de sport die over deze vaardigheid beschikken, zijn dikwijls productief en doeltreffend in alles wat ze ondernemen. Ze weten wat ze willen. Ze gaan daar met enthousiasme achteraan. Ze brengen de volharding op om door te gaan, ook als het tegen zit.

Vermijden van zelfbedrog 

Dat een bepaalde emotie ons overvalt is vaak niet te vermijden. Vanuit de inzichten die we hebben in onze eigen emotionele gevoeligheden kunnen we onszelf weliswaar mentaal wapenen als we bepaalde situaties tegemoet treden. Dat betekent nog niet dat we er ook in slagen om in die situatie niet emotioneel te worden. Als dan toch gebeurt wat we willen vermijden, dan ligt zelfbedrog op de loer. Freud heeft ons al meer dan honderd jaar geleden inzicht verschaft in enkele elementaire vormen van zelfbedrog, die in dit verband aan de orde kunnen zijn. 


  1. Vermijding: We weten dat we in bepaalde situaties het risico lopen dat we emotioneel worden. Vervolgens gaan we dergelijke situaties systematisch uit de weg. Zo leren we niks. Juist door de confrontatie met de situatie aan te gaan zouden we nieuwe gedragspatronen kunnen ontwikkelen. Door vermijding ontnemen we onszelf dat leerproces. 
  2. Ontkenning: We ontkennen simpelweg dat de emotie ons overvalt. ‘Ik ben helemaal niet boos’.
  3. Verdringing: We ervaren de emotie in eerste instantie wel, maar we besteden er absoluut geen aandacht aan. We doen net of er niets aan de hand is.
  4. Projectie: We nemen afstand van de emotie door te doen alsof de emotie van een ander is. ‘Je hoeft hier niet boosom te zijn’, zeggen we dan tegen iemand anders, terwijl we zelf koken van woede.
  5. Verschuiving: We zijn eigenlijk boos op onze eigen baas, maar we foeteren op de medewerker die toevallig het dichtst in de buurt is, of thuis op onze echtgenote. Die moppert vervolgens op onze zoon en die geeft de hond een trap.
  6. Rationalisatie: We hebben een creatieve geest. Die bedenkt allerhande redenen waarom het juist in deze situatie logisch was dat we emotioneel werden. 
  7. Regressie: We vallen terug in gedrag dat bij een eerder ontwikkelingsstadium paste. We nemen bijvoorbeeld niet zelf verantwoordelijkheid voor ons gedrag, maar stellen ons afhankelijk op door de situatie of iemand anders de schuld te geven van ons gedrag.

Nou zijn deze mechanismen van zelfbedrog niet altijd verkeerd. In situaties die voor ons te heftig zijn, kunnen ze ons ook helpen om te overleven. Het belangrijkste om zelfbedrog te voorkomen is acceptatie. Als een emotie je overvalt, accepteer dan dat dit zo is. Het is op dat moment niet anders. Je had het misschien anders willen hebben, maar het is niet anders. Ophouden onszelf te veroordelen vanwege onze imperfectie is de meest effectieve maatregel om zelfbedrog te voorkomen. 

 

Voorkomen van zelfbestraffing 

Als het ons bewustzijn een keer niet lukt om controle te krijgen over een emotie, dan krijgen we bijna automatisch met een extra emotie te maken: schuld. Als we onszelf schuldig voelen, dan vinden we dat we iets misdaan hebben. We gaan onszelf verwijten maken. Als een corrigerende ouder gaan we onszelf vermanend toespreken. We geven onszelf als het ware straf. Deze zelfbestraffing is weinig zinvol. We leren er niet veel van. Zelfbestraffing ontneemt ons het plezier in het werk en leidt eerder tot allerhande vermijdingsmechanismen dan tot beter leren omgaan met de desbetreffende emotie. 

We kunnen onze aandacht beter richten op die situaties waarin we er wel in geslaagd zijn goed met onze emoties om te gaan. Daarvoor kunnen we onszelf belonen en de situaties waarin het ons niet gelukt is accepteren we neutraal. 

 


Onze Certified Professional Coach Opleidingen

Hieronder tref je de verschillende Certified Professional Coach opleidingen aan en kun je doorklikken voor meer informatie of je inschrijven voor de opleiding. Wanneer je eerst wil kennismaken met een van onze opleiders en wellicht nog wat vragen beantwoord wil hebben kun je rechts kiezen voor een persoonlijk kennismakingsgesprek of je inschrijven voor een van onze “Expedities”. 

Deel 1a - Foundation

Het fundament in een 2 daags programma

FOUNDATION COACH

Een meer oriënterende module waarin de basisnoties en competenties van de coach aan de orde komen.
Meer info

Deel 1b - Practitioner

Taakbekwaam coach in een 7 daags programma - Te volgen na deel 1a

PRACTITIONER COACH

Een meer technisch instrumenteel deel met veel aandacht voor de kracht van het vragenstellen, de coachovereenkomst en resultaatgericht coachen.
Meer info

Professional Coach Week

Taakbekwaam Coach in een intensieve week. Deel 1a & Deel 1b in één opleiding.

PROFESSIONAL COACH WEEK

Een solide basis waarin je de vaardigheden voor resultaatgericht coachen onder de knie krijgt.
Meer info

Deel 1 - Practitioner (ACC)

Taakbekwaam Coach in één 9 daags programma. Deel 1a & deel 1b.

PRACTITIONER COACH (ACC)

Solide basis waarin je de vaardigheden voor resultaatgericht coachen onder de knie krijgt.
Meer info

Deel 2 - Senior Practitioner (PCC)

Vakbekwaam Coach in één 10 daags programma. - Te volgen na deel 1

SENIOR PRACTITIONER COACH

In dit deel vindt verdere verdieping plaats. Je leert coachen op effectief gedrag, emoties en het werken met diverse tool.
Meer info

Zelfsturing

zelfsturing

Zelfsturing

Bewustzijn

Bewustzijn is een belangrijke kwaliteit voor zelfsturing. Het gaat erom bewustzijn te ontwikkelen omtrent jezelf, je kwali­tei­ten, je zwakheden, je belemmeringen, de dingen die je graag doet, je ambities, je angsten enzovoort. Maar ook bewustzijn met betrekking tot je verhouding met de omge­ving, wat zie je daar gebeuren, wat betekent dat, past dat bij je, heb je het gevoel dat je daar invloed op kunt uitoefenen?

Verantwoordelijkheid

Verantwoordelijkheid nemen is de tweede hoeksteen van zelfstu­ring. Bij zelfsturing hoort actief vormge­vend handelen en niet slechts reageren op de omgeving. Laat je je leven door de omgeving of oefen je invloed uit op die omgeving? Acteer je vooral als poppenspeler of als marionet? Afhankelijkheid manifesteert zich op twee manieren. Sommige mensen zijn altijd uiterst coöperatief. En dat gaat soms zo ver dat er verlies van identiteit optreedt. Op de keper beschouwd wordt hun lot voortdurend door anderen bepaald. Een andere manifestatie van afhankelijkheid is, wat men in de psychologie noemt, tegenaf­hankelijkheid. Die manifesteert zich in protestgedrag. Mensen die zich voortdurend tegen anderen afzetten. Ze zijn voortdu­rend ‘tegen’, maar wanneer je ze vraagt waar ze ‘voor’ zijn, dan stokt het verhaal vaak.

Visie

Handelen is doelgericht. Er is geen goede wind voor een zeiler die niet weet waar hij heen wil. Hier speelt het vraagstuk van visie en inspiratie. Hoe concreter de beelden over de toekomst die je wil vormgeven des te makkelijker zal dat gaan. Kiezen is het sleutelwoord. Wanneer je 100 prioriteiten hebt, dan heb je er geen.

Realiteitstoetsing

Hier speelt zelfkennis een rol. Wanneer je succes wilt hebben dan kun je je maar beter profi­leren op de dingen waar je goed in bent en die je graag doet. Daarin kun je excellent worden. Wanneer je je energie steekt in zaken waar je niet goed bent, dan word je daarin hooguit middelmatig en dan onderscheid je je nog niet. Waar zitten je eigen kwaliteiten, stroken die met je ambities?

Opties en acties

Een goed idee is een gerealiseerd idee. Het realiseren van je visie met de kwaliteiten die je hebt, vereist veel volharding en zelfdisci­pline. Om je doelen te realiseren moet je ook wel eens dingen doen die je niet echt leuk vindt. Hoe breng je de energie daarvoor op? Hoe kun je zelf-motiverende omstandighe­den creëren? Hoe vermijd je zelfbestraffing?

 

 


Korte opleidingen

Hieronder tref je de verschillende korte opleidingen aan en kun je doorklikken voor meer informatie of je inschrijven voor de opleiding. Wanneer je eerst wil kennismaken met een van onze opleiders en wellicht nog wat vragen beantwoord wil hebben kun je rechts kiezen voor een persoonlijk kennismakingsgesprek.

Coachend Begeleiden

1 daagse

Coachend Begeleiden

Sturen zonder de baas te spelen.
Meer Info

Kunst van het vragen stellen

1 daagse

Kunst van het vragen stellen

Antwoorden zetten een punt, vragen brengen de zaak in beweging.
Meer Info

Coachen van team ontwikkeling

1 daagse

Coachen van team ontwikkeling

Het krachtig begeleiden van teams.
Meer Info

Afspreken en Aanspreken

1 daagse

Afspreken en Aanspreken

Het eenvoudige motto, ‘afspraak is afspraak’ blijkt in de praktijk toch moeilijk te zijn
Meer Info

Ondernemen voor Coaches

1 daagse

Ondernemen voor Coaches

Een goede coach zijn, blijkt heel wat anders dan een goede ondernemer zijn.
Meer Info

Trans-actionele Analyse

2 daagse

Trans-actionele Analyse

Het denkkader van de Transactionele Analyse is voor coaches een zeer krachtig hulpmiddel.
Meer Info

Doen waar je goed in bent

Doen waar je goed in bent

Doen waar je goed in bent 

Toon Hermans heeft ooit eens een sketch gedaan over het wratje op de neus van zijn tante. Hoe meer hij zich op dat wratje concentreerde hoe groter het werd en des te afstotelijker zijn tante. 

Wanneer Naomi Campbell haar aandacht geconcentreerd had op de lichte hazenlip die ze heeft, dan was zij nooit een topmodel geworden. Zij heeft zich echter geconcentreerd op het uitbuiten van haar sterktes, en daarmee heeft ze de zwakte van een lichte hazenlip grotelijks gecompenseerd.  

Dat is het geheim van succes. Uitbuiten van je sterktes. Het klinkt simpel, maar veel mensen zijn juist met andere dingen bezig. Die lopen zich voortdurend zorgen te maken over de dingen waar ze niet goed in zijn. Vervolgens stoppen ze al hun energie erin om op die punten beter te worden. Het resultaat is dat ze na veel inspanningen van ‘slecht’ op die gebieden ‘middelmatig’ worden. Dan onderscheid je je nog niet van anderen. Maar als je je energie stopt in zaken waar je goed in bent, dan groei je boven de middelmaat uit en word je op dat terrein ‘excellent’. Daarmee onderscheid je je van je omgeving, en daaraan ontleen je je identiteit. 

 

Kernkwaliteiten

Daniël Ofman spreekt in dit verband over ‘kernkwaliteiten’. Hij heeft daarover een zeer lezenswaardig boek geschreven ‘Bezieling en kwaliteit in organisaties’. 

Een kernkwaliteit is een eigenschap waaraan je iemand meteen kunt herkennen. Het is een specifieke sterkte. Voorbeelden zijn daadkracht, zorgzaamheid, zorgvuldigheid, ordelijkheid, invoelingsvermogen, enzovoorts. Een kernkwaliteit werpt een bepaald licht op alle andere eigenschappen die iemand heeft. Vanwege een bepaalde kernkwaliteit wordt iemand hooglijk gewaardeerd en kan hij op andere terreinen steken laten vallen zonder dat hem dat meteen euvel geduid wordt. Een kernkwaliteit is voor de bezitter ervan vaak vanzelfsprekend. ‘Dat is toch niet zo moeilijk, dat kan toch iedereen’ zegt hij er vaak zelf van.  

 

 

Je sterkte is vaak ook je zwakte 

Op je kernkwaliteiten word je vaak beloond vanuit de omgeving. Als je je kernkwaliteiten in stelling brengt, dan doe je goede dingen die door je omgeving gewaardeerd worden. ‘Gedrag dat beloond wordt, wordt versterkt’ zo luidt de basiswet van de operante conditionering. Het succesvolle gedrag wordt zo als een standaardpatroon ingesleten. En daarin schuilt het gevaar. We gaan het desbetreffende gedrag dan min of meer automatisch vertonen, ook in situaties waar het niet helemaal op zijn plaats is of we doen ‘iets te veel van het goede’. Daadkracht ontaardt dan in drammerigheid. Zorgzaamheid wordt een dodelijke omhelzing. Zorgvuldigheid wordt Pietje Precies. Dit teveel van het goede noemt Ofman de ‘valkuil’ die elke kernkwaliteit vergezelt. 

Wanneer je je eigen kernkwaliteit(en) nog niet voldoende kent, dan is één manier om die te ontdekken om je af te vragen wat je nogal eens als verwijt uit je omgeving krijgt in de zin van ‘wees niet zo….’. Vervolgens vraag je je af van welke positieve kwaliteit dit te veel is en dat brengt je dan waarschijnlijk bij een kernkwaliteit. 

 

 

De uitdaging 

Hierover zegt Ofman het volgende: 

‘Met de bijbehorende valkuil krijgt de persoon bij zijn kernkwaliteit ook zijn ‘uitdaging’. De uitdaging is de positief tegenovergestelde kwaliteit van de valkuil. De positief tegenovergestelde kwaliteit van drammerigheid is bijvoorbeeld zoiets als geduld of terughoudendheid. Met andere woorden, bij de valkuil ‘drammerigheid’ hoort de uitdaging ‘geduld’. Zoals in de figuur duidelijk wordt, zijn de kernkwaliteit en de uitdaging elkaars aanvullende kwaliteiten. 

Waar het om gaat is de balans te vinden tussen daadkracht en geduld. Balans aanbrengen betekent denken in termen van en/en en niet of/of. Vaak ligt de moeilijkheid in het feit dat de betrokkene niet in staat is te zien hoe deze twee kwaliteiten samen kunnen gaan, d.w.z. voor hem of haar is het een kwestie van of daadkracht of geduld. Beide kwaliteiten worden dan gezien als tegenstellingen in plaats van aanvullingen’. 

 

Allergie 

Wanneer je zelf erg daadkrachtig bent, dan heb je vaak een uitgesproken hekel aan mensen die passief zijn. Deze allergie roept bij jezelf je valkuil op. Hoe passiever je tegenspeler, des te meer begin je zelf te drammen. 

Wanneer men zijn allergie in een ander tegenkomt, ligt de valkuil op de loer. Wat iemand het meest kwetsbaar maakt is niet zijn valkuil, maar zijn allergie, want het is vooral de allergie die iemand naar zijn valkuil drijft. 

Waar men allergisch voor is bij een ander, is waarschijnlijk te veel van iets goeds, dat men bij zichzelf nodig heeft. Een leidinggevende kan waarschijnlijk het meeste over zichzelf leren van degenen met wie hij het moeilijkst kan omgaan. 


Onze Certified Professional Coach Opleidingen

Hieronder tref je de verschillende Certified Professional Coach opleidingen aan en kun je doorklikken voor meer informatie of je inschrijven voor de opleiding. Wanneer je eerst wil kennismaken met een van onze opleiders en wellicht nog wat vragen beantwoord wil hebben kun je ook kiezen voor een persoonlijk kennismakingsgesprek.

Deel 1a - Foundation

Het fundament in een 2 daags programma

FOUNDATION COACH

Een meer oriënterende module waarin de basisnoties en competenties van de coach aan de orde komen.
Meer info

Deel 1b - Practitioner

Taakbekwaam coach in een 7 daags programma - Te volgen na deel 1a

PRACTITIONER COACH

Een meer technisch instrumenteel deel met veel aandacht voor de kracht van het vragenstellen, de coachovereenkomst en resultaatgericht coachen.
Meer info

Professional Coach Week

Taakbekwaam Coach in een intensieve week. Deel 1a & Deel 1b in één opleiding.

PROFESSIONAL COACH WEEK

Een solide basis waarin je de vaardigheden voor resultaatgericht coachen onder de knie krijgt.
Meer info

Deel 1 - Practitioner (ACC)

Taakbekwaam Coach in één 9 daags programma. Deel 1a & deel 1b.

PRACTITIONER COACH (ACC)

Solide basis waarin je de vaardigheden voor resultaatgericht coachen onder de knie krijgt.
Meer info

Deel 2 - Senior Practitioner (PCC)

Vakbekwaam Coach in één 10 daags programma. - Te volgen na deel 1

SENIOR PRACTITIONER COACH

In dit deel vindt verdere verdieping plaats. Je leert coachen op effectief gedrag, emoties en het werken met diverse tool.
Meer info

Omgaan met weerstand

Omgaan met weerstand

In veranderingsprocessen krijg je altijd te maken met weerstand. Omgaan met weerstand is een van de basisvaardigheden van een coach. Weerstand associëren we veelal met negatieve dingen: de hakken in ’t zand, de rem erop, niet vooruit te branden, de leemlaag. Is veranderen nou echt zo moeilijk of is er wellicht ook iets mis met onze manier van kijken? 

 

Weerstand als systeemfunctie 
Weerstand kun je definiëren als ‘een ervaren belemmering, vertraging of blokkade bij een door jou gewenste verandering’. We zien het als een lastig iets waarvan we liever hadden dat het er niet was. Maar, stel je voor dat er geen weerstand tegen verandering zou zijn. Dat zou betekenen dat elke verandering zonder slag of stoot geadopteerd zou worden. Elk idee dat geopperd wordt is even later werkelijkheid. Daar moet je toch niet aan denken, want er zijn veel onzalige ideeën. Weerstand is een belangrijke toets voor veranderingen. Een goed idee overleeft die weerstand. Weerstand zorgt voor een vorm van natuurlijke selectie. Elk veranderingsproces vraagt dus om weerstand. 

Waaraan zie je weerstand? 
Onderstaande lijst is een weergave van vaak genoemde signalen. Alhoewel de lijst lang is, is deze zeker niet uitputtend. 

    • Mensen reageren kortaf, bits. 
    • Sommigen gaan het slimme jongetje uithangen en proberen je vast te praten. 
    • Zuchten en steunen. 
    • Ontwijken van oogcontact. 
    • Lange stiltes. 
    • Armen over elkaar, stoel achterover op 2 poten. 
    • Oogcontact met groepsleden voor steun. 
    • Onderonsjes. 
    • ‘Ja maar’-discussies. 
    • Overdrijven. 
    • Onoplosbare casuïstiek inbrengen. 
    • ‘Zeg ons dan ook maar hoe het moet’. 
    • Ja zeggen en Nee doen. Vergeten. 
    • Lange pauzes nemen. 
    • Wij/zij discussies. 
    • Negatief beoordelen van het verleden ‘hebben we het dan altijd verkeerd gedaan’. 
    • Intonatie. 
    • Deskundigheid diskwalificeren. 
    • Cynisme ‘we zijn heel benieuwd’. 
    • Stellingenstrijd ‘dat is jouw aanname’. 
    • Weglopen, iets anders gaan doen. 

Het is belangrijk om je te realiseren dat deze signalen niet eenduidig te interpreteren zijn als weerstand. Ze zouden daarop kunnen duiden. Om zeker te weten of je observatie en interpretatie kloppen zul je deze moeten toetsen. 

Basale angsten 
Weerstand komt vaak voort uit angst: 

    • angst om te falen of om niet aan verwachtingen te voldoen 
    • angst voor conflict 
    • angst voor isolement, om niet nodig te zijn 
    • angst voor verlies 
    • angst voor schuld 

Al deze angsten zijn naar twee basale motieven terug te brengen: 

    • jezelf niet in de problemen willen brengen 
    • anderen niet in problemen willen brengen. 

 

Omgaan met weerstand 
Angsten zijn vaak het resultaat van opvattingen die we impliciet in ons meedragen. 

We willen bijvoorbeeld graag succes hebben, maar wanneer je vervolgens de impliciete norm hebt dat succes betekent ‘een tien halen’, dan heb je nooit succes. Elke keer dat het een 9,5 is blijf je toch met een onvoldaan gevoel zitten. Je hebt geen succeservaring en de lust om dingen te doen vergaat je, omat het toch nooit lukt. 

Hier helpt maar één ding en dat is je norm dat het een tien moet zijn, bijstellen. 

Voor de coach ligt hierin vaak een aangrijpingspunt voor veranderingen: 

    • Benoem de aanname. 
    • Is het werkelijk waar? 
    • Wat is de realiteit? 
    • Wie/hoe ben je als je vasthoudt aan de aanname? 
    • Wie/hoe ben je als je de aanname loslaat? 
    • Angsten verminderen is centraal in het omgaan met weerstand. Dit betekent zelfvertrouwen versterken. Angst vóór is ook een behoefte aan. 
    • Angst voor falen staat voor behoefte aan succes.  
    • Angst voor conflict betekent behoefte aan harmonie. 
    • Angst voor isolement is de behoefte erbij te horen. 
    • Angst voor verlies duidt op behoefte aan iets waardevols. 
    • Angst voor verantwoordelijkheid is de wens het gepaste antwoord te kunnen geven. 

Angst is altijd een zinvol signaal en duidt op een behoefte waaraan voldaan moet worden om te kunnen veranderen. Een veranderaar communiceert vaak impliciet dat de weerstand eerst weg moet anders gaat het veranderingsproces niet verder. Maar dat is een belemmerende opvatting. Weerstand is juist een onderdeel van het veranderingsproces. 

Er zijn geen eenduidige regels te geven hoe je het best met weerstand kunt omgaan. Dat is in elke situatie met elke persoon weer anders. Belangrijk is dat je bewust een strategie kiest vanuit constructieve intenties. Een paar tips. 

 

Oorzaken verhelderen 
De beste beginstrategie is het om de weerstand serieus te onderzoeken. Luisteren wat iemand dwars zit.  Weerstand komt ergens vandaan. Aandacht voor het verlies dat iemand ervaart is heel zinvol. Vaak kunnen bepaalde angstvisioenen gemakkelijk weggenomen worden, door mensen wat meer zekerheid over de toekomst te geven. 

Het nadeel van deze strategie kan zijn dat de notoire klagers mogelijk genieten van de aandacht en dit zo lang mogelijk willen volhouden. Zij houden het proces op en kosten je een hoop energie. De grootste valkuil voor een managers is hun verdeling van aandacht, 80% gaat naar de kreupelen de lammen en de blinden en slechts 20% komt bij de medewerkers van wie ze het eigenlijk moeten hebben. 

 

Negeren 
Als je door krijgt dat iemand tot de zeurpieten gerekend moet worden, dan is ‘negeren’ het devies. Dit leert ons de wet van de Operante Conditionering. Gedrag dat beloond wordt, wordt versterkt. Door de zeurpieten meer aandacht te geven dan degenen die constructief meewerken, bevorder je het gezeur. Ongewenst gedrag doof je uit door het te negeren. 

 

Humor 
Met een grap kun je op een ontspannen manier aandacht geven aan weerstand. Humor heeft een lach en een traan. Je neemt de weerstand serieus, maar relativeert hem tegelijk. Het gevaar is dat iemand zich niet serieus genomen voelt of zelfs het gevoel heeft dat hij belachelijk gemaakt wordt. Dit kan de weerstand vergroten. Daarom is voorzichtigheid geboden: schat in of je humor past bij de situatie en de persoon. 

 

Onderhandelen 
Soms zal bij het verhelderen van de oorzaak van weerstandsgedrag blijken, dat de persoon andere belangen heeft dan de organisatie. Door deze verschillen in belangen te verhelderen, is het wellicht mogelijk naar gemeenschappelijke belangen te zoeken of zaken tegen elkaar uit te ruilen (als jij dit… dan zal ik dat.) en zo de weerstand weg te werken. 

 

Uitvergroten 
Soms helpt het om weerstandsgedrag uit te vergroten tot dat de ander het zelf niet meer wil. Bij mopperaars (“het is hier ook altijd wat…”) ga je mee mopperen (“ja, zeg dat wel…”)  en het nog erger maken (“volgens mij werken wij voor de slechtste organisatie… het wordt tijd dat we gaan solliciteren…”) tot de ander zegt dat het allemaal wel meevalt. Dit is een zware interventie die in sommige gevallen heel goed kan werken. Er zit echter ook een element in van de ander belachelijk maken hetgeen ook de valkuil is van deze aanpak.  

 

Verhelderen van intenties 
Soms blijven mensen weerstand vertonen ook al besteed je serieus aandacht aan hun weerstand en probeer je die weg te nemen. De weerstand zit dan vaak een laag dieper dan iemand uitspreekt. Iemand blijft mekkeren over de inhoud, maar feitelijk klopt zijn relatie met het thema niet. Iemand ziet een project niet zitten, maar dat zegt hij niet, hij zeurt over de werkwijze. Dan dien je een spa dieper te graven naar iemands intenties. 

Tot slot nog enkele tips 

    1. Breng in kaart wie wat verliest bij een verandering 
    2. Accepteer het belang van deze verliezen voor de individuele personen als een realiteit 
    3. Wees niet verrast als mensen een overmatige reactie vertonen 
    4. Erken de angsten, sta er open voor, duid ze als realistisch, bagatelliseer niet 
    5. Verwacht en accepteer signalen van ongenoegen: woede, angst verdriet, desoriëntatie, mineurstemming, marchanderen. 
    6. Compenseer de verliezen 
    7. Geef mensen informatie en doe dat keer op keer op keer 
    8. Wees helder over wat voorbij is en wat niet 
    9. Markeer het einde 
    10. Behandel het verleden met respect 
    11. Laat mensen een relikwie meenemen 
    12. Laat zien hoe het einde van iets de continuïteit verzekert van een groter geheel. 


Korte opleidingen

Hieronder tref je de verschillende korte opleidingen aan en kun je doorklikken voor meer informatie of je inschrijven voor de opleiding. Wanneer je eerst wil kennismaken met een van onze opleiders en wellicht nog wat vragen beantwoord wil hebben kun je rechts kiezen voor een persoonlijk kennismakingsgesprek.

Coachend Begeleiden

1 daagse

Coachend Begeleiden

Sturen zonder de baas te spelen.
Meer Info

Kunst van het vragen stellen

1 daagse

Kunst van het vragen stellen

Antwoorden zetten een punt, vragen brengen de zaak in beweging.
Meer Info

Coachen van team ontwikkeling

1 daagse

Coachen van team ontwikkeling

Het krachtig begeleiden van teams.
Meer Info

Afspreken en Aanspreken

1 daagse

Afspreken en Aanspreken

Het eenvoudige motto, ‘afspraak is afspraak’ blijkt in de praktijk toch moeilijk te zijn
Meer Info

Ondernemen voor Coaches

1 daagse

Ondernemen voor Coaches

Een goede coach zijn, blijkt heel wat anders dan een goede ondernemer zijn.
Meer Info

Trans-actionele Analyse

2 daagse

Trans-actionele Analyse

Het denkkader van de Transactionele Analyse is voor coaches een zeer krachtig hulpmiddel.
Meer Info

De kunst van het vragenstellen in organisaties

Vragen stellen

De kunst van het vragenstellen in organisaties

De kunst van het vragen stellen is een van de belangrijkste vaardigheid van een coach. De juiste vragen focussen de aandacht en zetten de mensen aan het denken, de coach krijgt inzicht in wat er in de ander omgaat. De juiste vragen brengen iets teweeg, zetten aan het denken of dagen uit. Ze hebben aandacht voor de andere, zijn resultaat- en doelgericht en maken zaken daarmee inzichtelijk en concreet.

Steeds meer leidinggevende zijn zich bewust van de kracht van het vragenstellen en het appelleert dan ook aan de intussen onomkeerbare rol van de manager: niet langer meer de ‘autoritaire’ of ‘stellende’ baas, maar de coach die op een open manier in dialoog treedt met zijn team. Echter durven wij wel te stellen dat vele managers moeite hebben met deze coachende rol. Er zijn er nog genoeg die toch eigenlijk graag hebben dat er gebeurt wat zij willen, op een niet al te ingewikkelde manier. Gewoon iemand zeggen wat hij moet doen of wat hij het best kan doen, lijkt hen de kortste weg. Vaak is dat een illusie want wie bepaalt er nu of een bevel wordt uitgevoerd? Niet hij die het bevel geeft, maar de mensen die het ontvangen. En als het bevel al wordt uitgevoerd, is het vaak slechts een kortetermijnoplossing. Als mensen zelf niet nadenken, maar alleen maar uitvoeren wat de regels voorschrijven, komt er niet veel substantieels tot stand. Als je het beste uit je mensen wilt halen, dan moet je de omstandigheden creëren waarin ze in alle vrijheid hun energie aan de organisatie kunnen schenken. In wezen is dat de kern van verantwoordelijkheid nemen: je doet niet iets omdat je baas dat beveelt, maar omdat je er zelf voor kiest. Er is nog nooit iemand olympisch kampioen geworden omdat zijn vader dat voorschreef.

 

Mensen de open wei insturen
Mensen moeten gestimuleerd worden, onder meer door hen de juiste vragen te stellen en hen zo te prikkelen. Daar zijn goede en slechte vragen bij. Doet de coachend leidinggevende het goed als hij via zijn vragen zijn team probeert te sturen in de richting die hij al in zijn hoofd heeft, of moet hij nóg meer vrijheid laten?

Het is dubbel. In een organisatie moet er altijd een visie, een marsrichting zijn. Als je niet meer gaat sturen op een ‘stellende’ manier, is een alternatief nodig. Je kunt niet zomaar mensen verantwoordelijkheid geven en ze open de wei in sturen, want welke kant moeten ze dan op? Alleen, nog te veel organisaties hébben geen duidelijke koers of veranderen die constant.

Als wij een opleiding geven rond het thema “Kunst van het vragenstellen” komen we geregeld tegen dat deelnemers retorische, gesloten en suggestieve vragen stellen waarmee ze eigenlijk aangeven hun eigen oplossingsenthousiasme niet te kunnen temperen. Stap één van het leerproces is om daar meer openheid in te brengen en je eigen oplossingsenthousiasme te temperen. Het werkt gewoon veel beter als je vooraf niet zelf een oplossing voor een probleem hebt klaar liggen. Alleen dan zal je medewerker echt verantwoordelijkheid nemen. Als je je hoofd zelf vol hebt met oordelen, sta je niet open voor de feedback die je krijgt. Kijk, als je iemand vraagt: ‘Hoe ging het?’, dan krijg je als antwoord: ‘’t Ging wel goed.’ ‘Goed’ is een oordeel, een antwoord dat jou vastzet. Maar als je vraagt: ‘Welke dingen gingen je goed af, en welke wat minder?’, dan krijg je heel andere en veel bredere informatie.

Nog steeds zijn veel managers heel erg gefocust op antwoorden, maar antwoorden zetten een punt, leggen de actie stil. Managers laten te weinig vragen toe, om niet de indruk te wekken dat ze het ook niet weten. Veel managers denken dat zij vanuit hun positie als ‘baas’ alle antwoorden in pacht moeten hebben. En veel medewerkers kijken ook zo naar hun oversten, eigenlijk vanuit een soort gemakzucht: ‘Als zij het antwoord weten, hoeven we zelf niet na te denken en verantwoordelijkheid te nemen.’ Zo houden medewerkers en leidinggevenden elkaar vaak gevangen. En er is nog een ander element: managers willen vaak alles beheersen, maar van het moment dat je open vragen gaat stellen aan het team, weet je niet welke oplossing naar boven kan komen, en die kan weleens verschillen van de oplossing die jij voor ogen had. Je geeft een deel controle uit handen. En daar hebben sommigen het moeilijk mee.

Als laatste denken wij dat “de kunst van het vragenstellen” ook van pas kan komen om de communicatie op de werkvloer tussen collega’s te vergemakkelijken. Als je het hebt over een ‘stellende houding’, dan zie je die namelijk ook bij medewerkers onder elkaar. Als je ook onder collega’s leert om nieuwe en creatieve oplossingen aan te dragen door elkaar uitdagende vragen te stellen, dan krijg je een echte dialoog. En ‘dialoog’ is het kernbegrip. In die zin is het een basishouding die je in de hele organisatie kunt ontwikkelen.

Meer weten over de “kunst van het vragenstellen” of wil je je (verder) bekwamen in deze vaardigheid, meld je dan nu aan voor onze ééndaagse opleiding of neem contact met ons op om andere mogelijkheden te bekijken.

 

Bekijk hieronder al onze korte opleidingen


Korte opleidingen

Hieronder tref je de verschillende korte opleidingen aan en kun je doorklikken voor meer informatie of je inschrijven voor de opleiding. Wanneer je eerst wil kennismaken met een van onze opleiders en wellicht nog wat vragen beantwoord wil hebben kun je rechts kiezen voor een persoonlijk kennismakingsgesprek.

Coachend Begeleiden

1 daagse

Coachend Begeleiden

Sturen zonder de baas te spelen.
Meer Info

Kunst van het vragen stellen

1 daagse

Kunst van het vragen stellen

Antwoorden zetten een punt, vragen brengen de zaak in beweging.
Meer Info

Coachen van team ontwikkeling

1 daagse

Coachen van team ontwikkeling

Het krachtig begeleiden van teams.
Meer Info

Afspreken en Aanspreken

1 daagse

Afspreken en Aanspreken

Het eenvoudige motto, ‘afspraak is afspraak’ blijkt in de praktijk toch moeilijk te zijn
Meer Info

Ondernemen voor Coaches

1 daagse

Ondernemen voor Coaches

Een goede coach zijn, blijkt heel wat anders dan een goede ondernemer zijn.
Meer Info

Trans-actionele Analyse

2 daagse

Trans-actionele Analyse

Het denkkader van de Transactionele Analyse is voor coaches een zeer krachtig hulpmiddel.
Meer Info

Het hoofd leegmaken

Het hoofd leegmaken

Iedereen heeft wel de ervaring dat iets juist niet lukt, wanneer je het perse wilt. Bekende taferelen doen zich regelmatig voor bij de dopingcontrole bij sportevenementen. Soms duurt het uren voordat een sporter zijn plasje weet te produceren. En dat niet omdat hij uitgedroogd is van de inspanningen, of dat hij bang is positief bevonden te worden (hoewel). Het lukt niet omdat hij te goed zijn best doet om het te laten lukken. Op het moment dat je alles vanuit het hoofd probeert te sturen, gaat het fout. Ons gedrag wordt dan geforceerd en onnatuurlijk. Aan Akio Morita werd eens gevraagd hoe hij met Sony zo succesvol kon zijn. Hij antwoordde met een ZEN-uitspraak ‘de dingen bereiken door ze niet te willen’. Daarmee bedoelde hij niet dat je geen doel hoeft te hebben, maar je moet je niet op dat doel fixeren. Wanneer je dat doel hebt moet je vooral vertrouwen in jezelf hebben dat je dat realiseert. Je moet jezelf de ruimte geven. Dat doen we vaak niet, omdat we in onszelf niet de principes van coaching hanteren, maar een impliciete hiërarchie in stand houden. Het hoofd is de baas en dat zegt tegen de rest wat ze doen moeten. ‘Zorg dat die vergadering niet uit de hand loopt’. En wanneer het niet goed gebeurt dan spreekt het hoofd de rest vermanend toe. ‘Wat is dat toch, dat je zo’n bijeenkomst niet binnen een uur weet af te werken?

 

Een bewustzijn dat niet gestoord wordt door waardeoordelen is voor verbeteringen van het hoogste belang. ‘Zou moeten zijn’ en ‘is’ gaan niet samen. Als we een situatie helder willen waarnemen, dan moeten we niet met allerhande gedachten over die situatie bezig zijn. Dan is ons hoofd te vol om werkelijk te zien wat er is. 

Als je probeert om een bal te vangen, dan zie je hem niet goed, maar als je moeite doet om een bal goed te zien, dan vang je hem wel goed. En wanneer u ooit lessen in technisch tekenen gehad heeft, dan herinnert u zich wellicht nog dat je bij het trekken van een lijn niet naar je hand moest kijken, maar naar het eindpunt van de lijn. 

Wanneer je het beste uit jezelf wilt halen, dan gaat het vooral om het opruimen van belemmeringen die in je eigen hoofd zitten. De schaatscoach Henk Gemser heeft dat zeer plastisch uitgedrukt ‘het zit tussen de oren’ en Olav Koss leverde wereldprestaties nadat hij ‘zijn hoofd had leeggemaakt’. 

Belemmeringen die mensen voor zichzelf opwerpen. 

 

1. Angst 

Angst om iets kwijt te raken, om niet vooruit te gaan, om het niet goed te doen. 

Angst om af te gaan. 

Angst om zelfrespect te verliezen. 

Angst om niet door een groep geaccepteerd te worden. 

Angst om fouten te maken. 

Angst om niet aan verwachtingen te voldoen – de eigen verwachtingen of die van anderen. 

Angst om op belangrijke momenten in paniek te raken en een blunder te maken. 

 

2. Gebrek aan zelfvertrouwen 

‘Ik geloof niet in mijzelf’. 

‘Ik heb heel weinig zelfrespect’. 

‘Ik vind mijzelf een echte verliezer’. 

 

3. Zelfveroordeling 

‘Als het niet goed gaat geef ik altijd meteen de schuld aan mijzelf’. 

‘Ik lever altijd kritiek op mijzelf’. 

‘Ik word boos op mezelf en ga mezelf veroordelen’. 

 

4. Slechte concentratie 

Afgeleid worden (‘Mijn gedachten dwalen steeds af’). 

Korte periodes van concentratie, afgewisseld met langere periodes van niet-geconcentreerd zijn (‘De periodes van concentratie duren te kort’). 

Oppervlakkige concentratie (‘Ik ben er zelden helemaal bij, meestal voel ik weinig betrokkenheid bij wat er allemaal gebeurt’). 

 

5. Te veel moeite doen 

‘Ik doe altijd erg mijn best, maar het lijkt wel of het juist slechter gaat naarmate ik meer mijn best doe. Ik word gespannen en moe van het forceren. Ik kan me niet ontspannen’. 

 

6. Weinig wil om te presteren 

‘Ik slaag er niet in om alles te geven wat in mij zit’. 

‘Ik ben niet gemotiveerd om te presteren’. 

‘Ik heb niet genoeg doorzettingsvermogen om mijn doel te bereiken’. 

 

7. Perfectionisme 

‘Ik ben niet tevreden met de vooruitgang die ik maak – ik vind nooit dat ik genoeg vooruit ga’. 

‘Ik wil per se een 10 halen, met een 9,5 ben ik niet tevreden’. 

 

8. Te veel over jezelf nadenken 

‘Ik zit er de hele tijd aan te denken of ik wel goed genoeg bezig ben’. 

 

9. Gevoel van mislukking 

‘Als ik een paar fouten gemaakt heb, dan word ik boos en dan heb ik er geen zin meer in’. 

 

10. Kwaad worden 

Op mezelf. 

Op de baas. 

Op mijn collega’s. 

Op het geluk dat altijd op de hand van een ander schijnt te zijn. 

 

11. Verveling 

‘Ik vind het werk eigenlijk niet leuk’. 

‘Ik vind dat oefenen eigenlijk stomvervelend’. 

‘Ik kan het niet meer opbrengen om het leuk te blijven vinden’. 

 

12. Verwachtingen 

‘Ik heb te hoge verwachtingen van mijzelf’. 

‘Ik heb te lage verwchtingen van mijzelf’. 

‘De anderen verwachten te veel van mij’. 

‘De anderen verwachten te weinig van mij’. 

‘Ik heb geen hoge dunk van mijzelf’. 

 

13. ‘Ik ben voortdurend zo tegen mezelf aan het zeggen wat ik doen moet, dat het helemaal niet meer gaat’. 


Onze Certified Professional Coach Opleidingen

Hieronder tref je de verschillende Certified Professional Coach opleidingen aan en kun je doorklikken voor meer informatie of je inschrijven voor de opleiding. Wanneer je eerst wil kennismaken met een van onze opleiders en wellicht nog wat vragen beantwoord wil hebben kun je ook kiezen voor een persoonlijk kennismakingsgesprek.

Professional Coach Week

ICF ACC (Level 1) en NOBCO/EMCC Global Practitioner opleiding in één week

PROFESSIONAL COACH WEEK

Een solide basis waarin je de vaardigheden voor resultaatgericht coachen onder de knie krijgt.
Meer info

Deel 1 - ACC / Practitioner

9 daags ICF ACC (Level 1) & NOBCO/EMCC Global Practitioner programma

PRACTITIONER COACH (ACC)

Een solide basis waarin je de vaardigheden voor resultaatgericht coachen onder de knie krijgt.
Meer info

Deel 2 - PCC / Senior Practitioner

10 daags programma ICF PCC (Level 2) & NOBCO/EMCC Global Senior Practitioner

SENIOR PRACTITIONER COACH

In dit deel vindt verdere verdieping plaats. Je leert coachen op effectief gedrag, emoties en het werken met diverse tools.
Meer info

Ontmoet Kyra van Camerijk

Over Kyra van Camerijk

Ik ben Kyra van Camerijk, geboren in Rotterdam en later verhuisd naar Tilburg voor mijn studie Docent Muziek aan Fontys Hogeschool voor de Kunsten. Ik ben, naast mijn werk bij de Associatie voor Coaching, werkzaam als sopraan(solist), zangdocent, vocal coach, koordirigent.

Naast werken vind ik het namelijk ook heel leuk om me te blijven professionaliseren op zowel coach- als muzikaal gebied.

Wat doe je bij de Associatie voor Coaching?

Mijn rol binnen de Associatie voor Coaching is erg divers. Zo verzorg ik de cursus administratie en draag zorg voor alle facilitaire zaken. Daarnaast houd ik me bezig met de planning, diverse secretariële taken en ben ik vaak het eerste aanspreekpunt wanneer mensen contact opnemen met de Associatie voor Coaching. Tot slot ben ik ook een sparringpartner voor mijn collega Dirk en zorg ik voor een afgemeten dosis humor en gezelligheid op ons kantoor. 😉

Hoe ben je bij de Associatie voor Coaching terecht gekomen?

Via een Facebook advertentie ben ik in contact gekomen met Dirk. Hij zocht namelijk iemand die de muzieklessen voor Muziek=COOL kon verzorgen op de 3 basisscholen in Aarle-Rixtel. Op dat moment was ik op zoek naar een leuke muzikale klus en had ik gereageerd. Een leuk gesprek in Aarle-Rixtel gehad en ik kon aan de slag. Dit project heb ik 1,5 jaar gedaan. Een jaar later kwamen Dirk en ik weer in contact; we spraken over muziek en ook over de Associatie voor Coaching. Of ik interesse had om naast muziekles geven ook het team van de Associatie te komen versterken. En dat had ik!

Wat vind je het leukste aan je werk bij de Associatie voor Coaching?

Het leukste aan mijn werk bij de Associatie voor Coaching vind ik de diversiteit aan werkzaamheden en dat ik mijn werk flexibel in kan delen. Daarnaast vind ik het fijn dat de Associatie een plek is waar ik mezelf kan zijn en dat er ruimte is voor een goeie grap, een traan of een diepgaand gesprek.

Wat was je eerste indruk over de collega's?

Een fijn team met verschillende mensen; met verschillende achtergronden en kwaliteiten. Naast dat we verschillend zijn, hebben we ook een gemeenschappelijke deler: passie voor coaching en opleiden.

Waar zie jij de Associatie voor Coaching over 5 jaar?

De Associatie voor Coaching zie ik over 5 jaar opleidingen aanbieden op meerdere locaties. In Aarle-Rixtel en ergens midden Nederland. Nog steeds met dezelfde visie op coaching en opleiden, alleen groter vertegenwoordigd.

Wat is jouw persoonlijke Motto?

Ik heb geen motto.

Hoe zou jij de Associatie voor Coaching beschrijven in 3 woorden?

Kwaliteit – Persoonlijk – Betrokken